Begin december, als ik op een feestje ben, gaat ‘s avonds de telefoon. Ik word gebeld door Z. Ik ken hem doordat ik een paar maanden daarvoor de uitvaart van zijn vader heb begeleid. Hij vraagt of ik langs wil komen.
Voorbereiden op een uitvaart
Zonder te weten waarover het gaat spreken we voor de volgende dag af. Ik verwacht een vraag over verzekeringen ofzo. Vaak gaan mensen nadenken over een uitvaart nadat ze van iemand afscheid hebben moeten nemen, maar als ik de volgende dag kom en Z. en zijn vrouw Jannie tref, blijkt dat Jannie enkele dagen ervoor te horen heeft gekregen dat ze ongeneeslijk ziek is en nog maar enkele maanden te leven heeft.
Ze is jong, nog maar 52, ze heeft een zoon van nog maar 15 en ze gaat dood. Samen zijn we er stil van. Ze vertelt dat ze bang is, beurtelings verslagen en opstandig is, ze vertelt dat hier geen woorden voor zijn. En dat ben ik met haar eens.
In de maanden die volgen bezoek ik haar iedere week. Z. verwelkomt me steevast warm met koffie. Jannie vertelt me in die weken hoe mooi het leven is. Hoe belangrijk het is om tevreden te zijn. We praten over God, over haar familie, haar gezin. We praten over de angst die soms hevig is, maar ook over haar groeiende vertrouwen door haar geloof. We lachen en we huilen.
Ze zegt dat ze mijn overleden zoon Reinier zal groeten als ze in de hemel komt. Ik hou haar hand zwijgend vast als ze op het laatst te moe is om te praten.
In een nacht slaapt rustig Jannie in. De uitvaart vindt plaats zoals ze die in de maanden ervoor samen met haar man zelf heeft geregeld.
Lieve Jannie, ik wil je bedanken. Je liet me heel dichtbij toe in de laatste maanden van je leven. Wat heb ik veel van je geleerd. Wat heb je veel gegeven. Ik zal je nooit vergeten.
Comentarios